cafredhartje.web-log.nl
Het is klaar. De revalidatie, het werktraject. Klaar bij het RRC.Dan ga je nadenken over de afgelopen anderhalf jaar. En nalezen wat er gepasseerd is. Eerst de hartrevalidatie: trainen, gesprekken met de arts van de hartrevalidatie, de maatschappelijke werker, toen de (neuro) psycholoog, een Neuropsychologisch onderzoek, een gesprek met de arts van de neuro revalidatie (hij moest verwijzing geven voor het npo en later de psychiater). Hoe boos ik op hem was de 1e keer, omdat hij zo direct zei dat ik het eerste half jaar niet aan werken moest denken en zeker niet in die functie die ik had. En hoe gelijk hij had. Dat hij later een hele aardige man te zijn, waar ik vertrouwen ik heb gekregen. Wat bijzonder is na de lumc periode waar alle vertrouwen in medici onderuit gehaald was. Hij wist hoe het zat, hoe het zou lopen met me, en begreep mij beter dan dat ik dat zelf deed. De verlenging van de hartrevalidatie, waarom begreep ik op dat moment niet, later wel. Het werkhervattingtraject, dat weer begon met een npo. Waaruit bleek dat ik heel erg vooruit gegaan was. Volgens mij omdat ik me helemaal de tandjes heb geoefend, door de gesprekken met de psycholoog, waar we een hele goede klik mee hadden. De begeleiding van de ergotherapeut. Daar had ik een mindere klik mee. De rol van de ergotherapeut is me niet helemaal duidelijk geworden. Voordat ik echt aan het werk ging moest ik inzicht krijgen in de verdeling van mijn activiteiten en rustmomenten, zodat ik nog energie over had om me ’s avonds op iets te concentreren. Dat is niet helemaal gelukt, maar het gaat langzaam nog steeds iets beter. Die eerste gesprekken gingen over afnemen, stofzuigen, strijken. Wie mij kent weet dat dat niet het hoogste doel in mijn leven is. Iemand die gewend is vier dagen te werken en een groot sociaal en actief leven had, vind geen voldoening in de dagen doorbrengen in en om het huis, met de stofdoek in de hand. Extra blij was ik dat het werk ging starten. In de eerste weken was het zeker moeilijk. Ik heb vaak willen opgeven. Het traject heeft bijgedragen aan het Niet Opgeven. Doorzetten. Werk geeft goede afleiding, een doel om op te staan. En na al die opstartproblemen en frustraties is het nu ook weer hartstikke leuk. Ik wen weer aan hectiek om me heen, mensen. Vreemde mensen kan ik beter aan. Ik ben beter voorbereid op onverwachte vragen. Besef dat ik de problemen niet in mijn eentje kan en hoef op te lossen. Dat niet alles meer mijn verantwoording is. De samenwerking met de collega’s gaat steeds beter. Het komend jaar zal weer hard werken zijn, ik ben niet anders gewend. Ik wil ook weer hobby’s vinden. Oude hobby’s gaan niet meer zoals ik wil. Nieuwe hobby schrijven gaat best goed. En de plakboeken verder afmaken. Sociale contacten proberen op te pakken. Dat blijft een moeilijk punt voor me.Vanaf begin augustus ben ik ook begeleid door een ander neuropsycholoog. Hij heeft mij gecoacht, middels een programma, door hem ontwikkeld, dat heet P.E.A.C.E. (Personal Efficiency Analyser). Het is een programma gebaseerd op cognitieve gedragstherapie. Het leert mij anders naar mijn denken en voelen te kijken. En hierdoor mijn gedrag te veranderen. Het zal positieve invloed op mijn zelfbeeld hebben. Ik zal hierdoor zeker nog veranderen, en dat zal niet iedereen even prettig vinden. Maar het gaat mij veel sterker maken, zelf begin ik dit al te merken. Deze neuropsycholoog is iemand die mij vanaf het 1e ogenblik veel vertrouwen gaf, en heel veel rust op mij overbrengt. Met zo iemand kan ik lang praten, maar hij is juist van mening dat eindeloze praatsessies helemaal geen zin hebben. Opvallend vind ik dan wel, dat tijdens het invullen en bespreken van het programma er toch heel veel gepraat wordt. Met het programma kan ik verder thuis zelf aan de slag. Gisteren dus het Nagesprek met de arts. Fred was er ook bij. Over het verloop van het traject hebben we het niet echt gehad. Wel over de toekomst. En dat ik bij hem terecht kan als het met mijn stemming (zijn zorg volgens mij) minder gaat. Hij weet precies wat te doen en voor te schrijven bij iemand met mijn medicijnen en een hersenschade. Dat is nog steeds een rot woord, en het is gelukkig maar een beetje. Maar wat mensen ook zeggen, ik heb een beetje hersenschade, daar moet ik zelf het meeste mee dealen. Over 3 maanden hebben we nog een afspraak. Om te kijken hoe het gaat.Klaar dus. Maar ook weer verder gaan.
Misschien ook interessant
Help mee en doneer
Met jouw donatie kunnen we 1,7 miljoen hart- en vaatpatiënten onafhankelijk blijven ondersteunen.